Hoe vrij ben jij?

Een aantal dagen geleden werd ik bijzonder geraakt door een uitspraak van één van mijn cliënten.  Zij besefte tijdens het Change Of Beliefs-proces opeens hoe diepgeworteld een beperkende overtuiging was.  Diepgeworteld in een familiesysteem, een dorpsgemeenschap én een geloofsgemeenschap.  

Het was iets wat totaal verzonken was in haar onderbewustzijn.  Door bepaalde kwesties uit haar leven te gaan bevragen en bevoelen, kwam ze stapsgewijs uit bij de impact van die ene overtuiging.  Ze was verontwaardigd bij het besef van de immense consequenties die het heeft gehad in haar leven tot nogtoe.

Ook bij andere mensen wordt snel duidelijk in een sessie welke denkbeelden en overtuigingen er zijn geïnstalleerd in de vroege kinderjaren, en hoe verstrekkend de gevolgen daarvan zijn.
De onvrijheid die het met zich meebrengt is ontluisterend.  Het besef van de onvrijheid is dat soms nog veel meer, want heel vaak hebben mensen de illusie dat ze vrij zijn.  

Hoe vrij denk jij dat je bent?
Vrij om te denken wat je wil, vrij om te zeggen wat je wil, vrij om te doen wat je wil, vrij om te geloven wat je wil, vrij om te kiezen wat je wil…
Echt onafhankelijk van ‘anderen’ in jouw denken, spreken, doen, geloof, keuzes… 
Hoe vrij ben jij?  Of leef je in gevangenschap van wat anderen van je denken en vinden?  Wil je goedkeuring bij wat je doet en pas je daarom je gedrag en mening aan? Word je gestuurd in je denken en handelen door wat jouw kinderbrein als een sponsje heeft opgenomen en voor waar heeft aangenomen?
Hoe vrij ben jij écht om te zijn wie jij werkelijk bent?

Terwijl ik dit vrijheidsthema aan het bevragen en bevoelen was voor mezelf, botste ik (toeval bestaat niet) op een aantal illustraties die tekenend waren voor dit thema.  Een hoogzwangere vrouw in een gevangenis die streepjes op de muur zet. En een kind waarbij de ouders bovenop het rugzakje zitten en van daaruit de teugels in handen houden waarmee ze het kind sturen.  Heftige beelden.  Veelzeggende beelden.  Over hoe je als kind maar zo vrij kan zijn als je ouders.  En over hoezeer je geleid wordt door de denkbeelden, aannames en overtuigingen van diegenen die je opvoeden.  

Om over na te denken en te voelen.  Om eerlijk te zijn.  Om moedig genoeg te zijn om de waarheden onder ogen te zien en de onvrijheden die er (nog) zijn te erkennen.  En om de verantwoordelijkheid te nemen om met datgene wat je weet ook iets te doen.  Zodat je écht vrij kan zijn, bevrijd kan zijn, helemaal ‘jij’ kan zijn.